In 2023 ontvingen Voedselbanken Nederland en de 177 aangesloten voedselbanken ruim 25 miljoen euro aan donaties in de vorm van voedsel en geld. Deze investering leidt volgens Deloitte tot een maatschappelijke waarde van 297 miljoen euro. Vorig jaar zijn in totaal ruim 180 duizend mensen geholpen.
Besparing kosten gezondheidszorg
Deloitte signaleert in het rapport dat klanten van de voedselbank gezonder eten, of sowieso weer eten op tafel hebben. Als gevolg daarvan doen ze minder vaak een beroep op de gezondheidszorg (dit scheelt 156 miljoen euro). Daarnaast zijn ze productiever voor de Nederlandse economie (1 miljoen euro) en hebben ze minder vaak psychische hulp nodig (besparing 5 miljoen euro). Dankzij de hulp kunnen klanten van de voedselbank geld uitgeven aan andere basisvoorzieningen en zijn ze in staat zich te ontworstelen aan armoede. Deloitte becijfert dit effect op 67 miljoen euro. Voedselbankklanten ontvangen gemiddeld anderhalf jaar hulp.
Minder CO2-uitstoot
Deloitte heeft ook gekeken naar de bespaarde kosten op CO2-uitstoot. Voedsel komt in de verbrandingsoven als het niet gedoneerd zou worden aan de voedselbanken. De maatschappelijke kosten van CO2-reductie zijn volgens Deloitte 3 miljoen euro. Het onderzoeksbureau heeft ook een prijskaartje gehangen aan de uren van de 14 duizend vrijwilligers van de voedselbanken: 65 miljoen euro.
Voorzitter Henk Staghouwer van Voedselbanken Nederland is onder de indruk van de cijfers in het rapport. “Met onze activiteiten leveren we een hoge social return on investment. Onze primaire doelstelling is ervoor zorgen dat mensen geen honger hebben. Het onderzoek laat duidelijk zien wat de sociale impact is van het werk van onze 14 duizend vrijwilligers. We besparen op kosten van gezondheidszorg, mensen met een gevulde maag leveren een hogere bijdrage aan onze economie en we besparen op CO2-uitstoot, omdat we verspilling voorkomen.”
Voedselbanken Nederland en de aangesloten lokale voedselbanken draaien op donaties en de inzet van vrijwilligers. Staghouwer: “Om de enorme impact maar eens aan te geven: stel dat we voor alle voedseldonaties zouden moeten betalen en alle vrijwilligers zouden vervangen door betaalde krachten. Dan zou ons social return on investment teruglopen van ‘1 euro wordt 12 euro’ naar ‘1 euro wordt 1,87 euro’. Dit onderschrijft het belang van de donaties door de levensmiddelenindustrie en het belang van de niet aflatende inzet van onze vrijwilligers die zich gemiddeld 8 uur per week voor onze organisatie inzetten.”
